10-15% van de zwangeren kampt met psychische klachten. Deze kunnen doorwerken op alle ontwikkelingsgebieden van hun kinderen. Volgens Lambrechts ervaren deze kinderen niet alleen vaker cognitieve, emotionele- en gedragsproblemen, maar opmerkelijk genoeg ook motorische en andere lichamelijke problemen. Dat geldt ook als de vader in spe psychische klachten heeft. De psychosociale context is dus heel bepalend voor de ontwikkeling van het kind.
Lambregtse heeft onderzoek gedaan naar drie interventies tijdens de zwangerschap bij deze doelgroep. De interventies bestonden uit groepsbehandeling versus individuele begeleiding, lichttherapie en stoppen of doorgaan met antidepressieve medicatie. In alle drie de groepen gingen de vrouwen er op vooruit. Ze werden minder depressief. De aard van de interventie lijkt er niet toe te doen. Het is dus van groot belang om al tijdens de zwangerschap te interveniëren.
Aandacht voor psychische klachten tijdens de zwangerschap verdient expliciet een rol in de zorg aan zwangeren. Lambregts: Kijk samen hoe je het script van het ouderschap zodanig kunt herschrijven dat ouders hun trauma’s niet doorgeven aan hun kind.
Vaders met psychische problemen blijven grotendeels uit beeld helaas. Bij psychische klachten van de vrouw heeft de man een aanzienlijk verhoogde kans deze ook te ontwikkelen en omgekeerd. Uit eigen onderzoek blijkt dat depressiviteit bij de man tijdens de zwangerschap het risico op een huilbaby verdubbelt.
Bron: VROEG
Gerelateerde informatie
- Preventie psychische aandoeningen – voorkom de etikettenregen, J.J.L. Derksen
- Protocollen voor begeleiding van mensen met psychische klachten – Handleiding voor POH-GGZ en overige zorgprofessionals, Dr. B. Schreuders
- Psychische gezondheidszorg op maat – Op weg naar een precieze en persoonlijke psychiatrie, J.C. van der Stel
