Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties2

Sociale inclusie in de klas

In deze rubriek laat de redactie van Kind en Adolescent Praktijk een promovendus aan het woord om te vertellen over zijn of haar proefschrift. Renske de Leeuw promoveerde op 27 februari 2020 aan de Rijksuniversiteit Groningen op haar proefschrift Through the eyes of the beholder; Unfolding social participation "from within" the classroom aan de Rijksuniversiteit Groningen.

 

https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12454-020-0623-7/MediaObjects/12454_2020_623_Fig1_HTML.jpg
Waarom dit onderzoek?
Sinds de Wet passend onderwijs hebben leerlingen met sociaal-emotionele en gedragsproblemen meer mogelijkheden regulier onderwijs te volgen. Toch blijkt dat met name deze leerlingen niet altijd worden geaccepteerd in de klas, dat zij moeite hebben met vriendschappen en zich eenzaam voelen in de klas. Daarom werken leerkrachten al meteen vanaf het begin van het schooljaar aan het sociale klimaat in de klas en besteden dan specifieke aandacht aan sociale inclusie. Onduidelijk is echter welke strategieën leerkrachten volgen en of deze effectief zijn volgens de leerkracht en de leerling. Want niet alleen het handelen van de leerkracht is van belang, ook het perspectief van de leerlingen telt mee: wat zijn hun behoeften als het om acceptatie en vriendschappen gaat? Naast een literatuuronderzoek over sociale inclusie is in kaart gebracht welke strategieën leerkrachten adviseren en kunnen gebruiken en welke strategieën leerlingen wensen. Dit heeft kennis en materialen opgeleverd waarmee leerkrachten en ondersteunende professionals in gesprek kunnen gaan met de leerlingen om zo beter aan te sluiten bij hun behoeften.

Wat hebben leerkrachten hieraan?

Leerkrachten met en zonder een opleiding in Special Educational Needs adviseerden veel strategieën die indirect invloed hebben op sociale inclusie, zoals samen met ouders een plan opstellen, werken aan een goede relatie tussen leerkracht en leerling en steun zoeken bij collega’s en professionals. Zij adviseerden en gebruikten minder strategieën die volgens de wetenschappelijke literatuur bewezen effectief zijn, zoals peer-buddy-duo’s, buddy bench en stoeltjesdans. Ook maakten zij geen onderscheid tussen adviezen voor leerlingen met internaliserende of externaliserende gedragsproblemen. Er lijkt geen sprake te zijn van ondersteuning op maat. Mogelijk bieden interventieprogramma’s te weinig ‘losse’ handvatten. Hierdoor vinden leerkrachten het wellicht moeilijk om te beoordelen welke onderdelen uit een interventieprogramma goed aansluiten bij een leerling. Wanneer een leerling buiten de groep valt of genegeerd wordt, vraag dan of hij vrienden heeft om mee samen te werken of te spelen. Vraag ook met wie hij wil samenwerken of spelen. Met wie en hoe kan de situatie worden verbeterd? Het is van belang dat de leerling ondersteund wordt om te praten over zijn behoefte om bij de groep te horen. Zowel leerkrachten als ondersteunende professionals kunnen gebruikmaken van de in dit onderzoek ontwikkelde gespreksmaterialen.

Wat hebben professionals en beleidsmakers eraan?

Professionals kunnen leerkrachten ondersteunen bij het vergroten van hun handelingsrepertoire. Van belang is eerst in kaart te brengen wat de leerkracht al doet.
Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in